Academiejaar
2024-25
Komt voor in:
- Educatieve bachelor in het secundair onderwijs, trajectschijf 2
Dit is een enkelvoudig opleidingsonderdeel.
Studieomvang:
6 studiepunten
Omschrijving volgtijdelijkheid
Op dit opleidingsonderdeel is er geen volgtijdelijkheid van toepassing.
Totale studietijd: 171,50 uren
Mogelijke grensdata voor leerkrediet: 01.12.2024 (georganiseerd in semester 1)
Dit opleidingsonderdeel wordt gequoteerd op 20 (tot op een geheel getal).
Tweede examenkans: wel mogelijk.
Men kan dit opleidingsonderdeel niet volgen binnen een
- creditcontract.
- examencontract (met het oog op het behalen van een creditbewijs).
- examencontract (met het oog op het behalen van een diploma).
Coördinator: Van Daele Pauline
Taalvak: Ja, Nederlands
Onderwijstalen: Nederlands
Kalender: Semester 3
Leerresultaten en -doelen (lijst)
Code | Omschrijving | Niveau | Categorie |
OSO/LR03 | De Bachelor in het onderwijs: secundair onderwijs beheerst de domeinspecifieke vakinhoudelijke en vakdidactische (basis)kennis, vertaalt deze op een gestructureerde, kritische en creatieve manier in het Standaardnederlands naar leerlingen en integreert ICT-toepassingen. Hij ontwikkelt een attitude van levenslang leren. | 2 | BS |
OSO/LR10 | De Bachelor in het onderwijs: secundair onderwijs denkt kritisch en met een open geest na over ontwikkelingen op sociaal-politieke, sociaaleconomische, levensbeschouwelijke, cultureel-esthetische en cultureel-wetenschappelijke domeinen. | 1 | BG |
Omschrijving Doelstellingen
De leerkracht als inhoudelijke expert:
Taalvaardigheid:
- De student brengt zijn boodschap over in begrijpelijk, gepast en aantrekkelijk Standaardnederlands, zowel mondeling als schriftelijk.
- Tijdens expressieoefeningen spreekt de student voor een groep en uit zich expressief in vlot Standaardnederlands.
- De student stelt correcte, vlot leesbare en gestructureerde, doel- en publieksgerichte teksten op.
Taalbeschouwing:
- De student toont inzicht in taaltypen, taalfamilies, taalevolutie en moedertaalverwerving.
- De student heeft inzicht in modaliteit.
- De student analyseert complexe samengestelde zinnen.
- De student beschrijft de taalsituatie in België.
- De student situeert het Nederlands in de wereld.
Literatuur:
- De student onderscheidt de literaire periodes en haar kenmerken in de literatuurgeschiedenis van de 16de t.e.m. de 18de eeuw.
- De student analyseert literaire fenomenen, fragmenten en auteurs.
- De student identificeert literaire fragmenten.
- De student illustreert literaire kenmerken met fragmenten, citaten, lectuur.
- De student analyseert verschillende genres vormelijk en inhoudelijk (mythe, sprookje, sage, legende, stadslegende, sciencefiction, fantasy).
- De student bespreekt de verschillende genres op basis van volgende parameters: de monomythe, antropologisch structuralisme, literair darwinisme.
De leerkracht als cultuurparticipant:
Theater
- De student neemt deel aan theaterbezoeken en reflecteert op de voorstellingen met docenten en studenten.
Beoordelingscriteria
Taalbeschouwing:
- De student verklaart de linguïstische terminologie en past deze toe.
- De student gebruikt de correcte terminologie (en afkortingen).
- De student stelt in samengestelde zinnen (complex) de structuur schematisch voor en benoemt de delen.
- De student verklaart wat verstaan wordt onder modaliteit, welke vormen van modaliteit er zijn en hoe je je houding tegenover wat je uit, kan weergeven in gesproken en geschreven taal.
- De student beschrijft de kenmerken van het Nederlands in de verschillende stadia (taalevolutie Nederlands).
- De student beschrijft de stadia in de moedertaalverwerving met alle bijhorende kenmerken.
- De student beschrijft de evolutie van de taalsituatie in België.
- De student situeert het Nederlands in de wereld.
Literatuur:
- De student definieert en situeert in de syllabus opgenomen vakterminologie.
- De student legt verbanden tussen diverse genres.
- De student analyseert tekstfragmenten uit de syllabus, identificeert de kenmerken van het specifieke genre en legt ze uit.
- De student verklaart literair darwinisme, antropologisch structuralisme en de monomythe, linkt deze terminologie aan de verschillende genres en illustreert met voorbeelden.
- De student illustreert de kenmerken van de besproken genres aan de hand van concrete voorbeelden.
- De student schetst de huidige relevantie van verschillende genres.
- De student verbindt de leerstof met actuele kunst en literaire vormen.
- De student past de verhaalanalyse toe.
- De student definieert de besproken stijlrichtingen, auteurs en titels.
- De student illustreert de kenmerken van elke stijlrichting a.d.h.v. concrete voorbeelden.
- De student brengt hedendaagse literatuur in verband met de historische voorgangers en verwerkt deze informatie in zijn waardeoordeel
- De student decodeert de theatertaal.
Taalvaardigheid:
- De student beheerst de technieken om bezielend te spreken voor een groep.
- De student past theatertechnieken toe in expressieoefeningen.
- De student uit zich expressief in begrijpelijk, gepast en aantrekkelijk Standaardnederlands.
- De student redigeert een foutentekst.
- De student reflecteert kritisch op het eigen taalgebruik en dat van anderen.
- De student past de spellingtheorie correct toe.
- De student schrijft een recensie over een gezien theaterstuk.
Attitudes:
- De student toont een bereidwilligheid om vlot Standaardnederlands te hanteren.
- De student werkt de opgegeven taken nauwkeurig en tijdig af.
- De student voert een taak binnen een groepsopdracht naar behoren uit.
Omschrijving Inhoud
Taalbeschouwing:
- linguïstische terminologie
- samengestelde zinnen (complex)
- modaliteit
- moedertaalverwerving
- taalfamilies en taalevolutie
- de taalsituatie in België
- Nederlands in de wereld
Literatuur:
- theatertaal
- genrestudies
- literatuurgeschiedenis van de 16de t.e.m. de 18de eeuw
- verhaalanalyse
Taalvaardigheid:
- technieken om bezielend te spreken voor een groep
- redigeren
- technieken om correcte, vlot leesbare en gestructureerde, doel- en publieksgerichte teksten op te stellen
Omschrijving Studiematerialen (lijst)
Omschrijving Onderwijsorganisatie (lijst)
Omschrijving Onderwijsorganisatie (tekst)
Na 17 september kunnen studenten zich niet meer aanmelden voor het traject in afstandsonderwijs
Raadpleeg de studiewijzer voor meer details over de onderwijsorganisatie en onderwijswerkvormen in dit opleidingsonderdeel.
In het kader van blended learning bereid je de lessen en coachingssessies grondig voor. Je studeert de theorie in en maakt zelfstandig de oefeningen. Als de voorbereiding niet voldoende is gebeurd, kan de toegang tot de les je worden ontzegd totdat de voorbereiding is gemaakt.
De student is verplicht zijn afwezigheid te melden en te verantwoorden zoals beschreven in het Studiecontract van de Arteveldehogeschool. Meer concrete informatie over te verantwoorden afwezigheden is te vinden in de studiewijzer van dit olod/deze leereenheid.
De onderwijs- en evaluatie-organisatie zal verlopen zoals op deze ECTS-fiches is vermeld, tenzij maatregelen moeten genomen worden ten gevolge van een overmachtssituatie en zodoende er andere onderwijs- en evaluatievormen zullen gehanteerd worden.
Omschrijving Evaluatie (lijst)
Evaluatie(s) voor de eerste examenkans
Moment | Vorm | % | Opmerking |
eerste examenperiode binnen examenrooster | Schriftelijk | 70,00 | |
eerste examenperiode buiten examenrooster | Observatie | 20,00 | |
eerste examenperiode buiten examenrooster | Werkstuk | 10,00 | |
Evaluatie(s) voor de tweede examenkans
Moment | Vorm | % | Opmerking |
derde examenperiode binnen examenrooster | Observatie | 20,00 | |
derde examenperiode binnen examenrooster | Schriftelijk | 70,00 | |
derde examenperiode binnen examenrooster | Werkstuk | 10,00 | |
Omschrijving Evaluatie (tekst)
Raadpleeg de studiewijzer voor meer details over de evaluatie en andere afspraken in dit opleidingsonderdeel.
In dit opleidingsonderdeel wordt permanente evaluatie aangewend. Concrete afspraken hieromtrent vind je in de Studiewijzer.
Wie een deadline voor het inleveren van een opdracht overschrijdt, verliest het recht om de taak in te leveren en kan dus niet worden gequoteerd. Enkel studenten die gewettigd afwezig zijn, hebben het recht op een nieuwe inleverdatum.
Als de student op één van de onderdelen minder dan 9/20 scoort, kan de student maximaal 9 op 20 behalen voor dit olod.